Openbaar vervoer speelt een sleutelrol in duurzame transities om de ergste scenario's van klimaatverandering te beperken. Maar duurzaamheid betekent niet alleen klimaatvriendelijk: het betekent ook toegankelijk, betaalbaar en haalbaar. Twee recente nationale rapporten hebben aan het licht gebracht dat het openbaar vervoer mensen niet snel genoeg naar Nederlandse ziekenhuizen brengt. Zou autodelen dit probleem kunnen verhelpen?
In september heeft het PBL (Milieubeoordelingsbureau; Planbureau voor de Leefomgeving) geconcludeerd dat mensen die afhankelijk zijn van het openbaar vervoer langere reistijden hebben naar werk, school en ziekenhuizen dan tien jaar geleden, volgens berichtgeving van de Nederlandse nationale omroep NOS.
Leven of dood
Langer naar school of werk gaan is onhandig en een belangrijke factor in de levenskwaliteit, maar gebrek aan tijdige toegang tot medische voorzieningen kan een kwestie van leven of dood zijn.
"Mensen die niet autorijden doen er vaak langer over om bij het ziekenhuis of poliklinieken te komen", schrijft de NOS over de conclusies van het rapport. "Uit analyses bleek dat 30 procent van de ouderen medische voorzieningen niet binnen een half uur kan bereiken, en 12 procent van hen moet meer dan 45 minuten reizen [met het openbaar vervoer]. Dat geldt zowel in stedelijke als landelijke gebieden."
Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) ziet drie concrete maatregelen om de bereikbaarheid te verbeteren, vertelt PBL-onderzoeker Jeroen Bastiaanssen aan NOS: "Het openbaar vervoer moet beter bereikbaar worden met de fiets. We moeten goed nadenken waar we voorzieningen zoals ziekenhuizen en scholen neerzetten en bij de bouw van nieuwe woningen moeten we anticiperen of ze goed bereikbaar zijn met het openbaar vervoer."
Toegankelijkheid, beloopbaarheid en bewegwijzering
Van de kant van de ziekenhuizen zou er ook meer gedaan kunnen worden om de toegang te verbeteren. Rover, een organisatie voor reizen in Nederland, identificeerde 24 ziekenhuizen met verbindingen met het openbaar vervoer en analyseerde ze op basis van toegankelijkheid, looproutes en bewegwijzering van de bushalte naar het ziekenhuis.
Twee Noord-Nederlandse ziekenhuizen werden opgenomen - Scherperziekenhuis in Emmen en Treant locatie Bethesda in Hoogeveen, beide in Drenthe - maar inzichten uit de provincies Groningen en Friesland ontbreken, wat opmerkelijk is omdat dit twee van de meest landelijke provincies van het land zijn.
Rover ontdekte dat busroutes weliswaar een vrij regelmatige service bieden, maar dat het een deel van het probleem is om überhaupt bij de bushalte te komen: loopafstanden naar parkeerplaatsen zijn vaak korter dan naar een bushalte.
Autodelen
De rapporten richtten zich op reistijden voor autobezitters en gebruikers van het openbaar vervoer. Maar inzichten uit SMiLES (Gedeelde connectiviteit in mobiliteit en logistiek voor duurzaamheid) - een vijfjarig project dat duurzaamheid, transport en logistiek in Noord-Nederland bestudeert - suggereren dat autodelen en andere vraagafhankelijke vormen van transport de kloof kunnen helpen overbruggen.
Michelle Lohmeyer, een promovenda die verschillende waargenomen barrières en motivatoren bestudeert om het proces van autodelen te ondersteunen, kan zich voorstellen dat beperkte toegang tot openbaar vervoer mensen ervan kan weerhouden om hun eigen auto op te geven.
"Mensen zijn bang dat wanneer de gedeelde auto niet beschikbaar is, ze geen alternatief hebben als er geen gemakkelijk, toegankelijk en snel openbaar vervoer beschikbaar is, dus houden ze liever vast aan hun eigen auto", zegt Lohmeyer.
Vraagafhankelijk openbaar vervoer
Taede Tillema, bijzonder hoogleraar aan de Faculteit Ruimtelijke Wetenschappen en onderzoeker bij SMiLES sinds 2019, wijst erop dat minder en minder frequente bussen in landelijke gebieden de toegankelijkheid verminderen, vooral voor mensen zonder auto.
Tillema wijst er ook op dat het PBL-rapport alleen gekeken heeft naar openbaar vervoer met een regelmatige dienstregeling en geen rekening houdt met vraagafhankelijke vervoerssystemen.
"We zien een toename van vraagafhankelijk openbaar vervoer, zoals de Hubtaxi in Groningen en Drenthe", zegt hij. "De vraag is of deze vraagafhankelijke opties dezelfde kwaliteit bieden als de vaak duurdere bussen met een dienstregeling. Door deze vraagafhankelijke systemen in hun rapport buiten beschouwing te laten, kan de situatie die het PBL beschrijft gezien worden als een soort 'worst case scenario' van de daadwerkelijke bereikbaarheid in de praktijk."
Lees meer over de onderzoeksinzichten van het SMiLES project in onze diepgaande blogpost!