Abstract
Overheden in heel Europa geven opdracht tot burgervergaderingen (CA's), wat een mogelijke manier zou kunnen zijn om de representatieve democratie te helpen bij het ontwikkelen van een meer sociaal aanvaardbaar duurzaamheidsbeleid. Toch is er weinig bekend over hoe burgers zelf denken over CA's in het algemeen, laat staan over de daadwerkelijke procedures in de praktijk, welke waargenomen aspecten van CA's en hoe deze van invloed zijn op deze meningen, en of de meningen verschillen tussen degenen die deelnemen aan CA's en de bevolking in het algemeen. We onderzochten de percepties en acceptatie van CA's door burgers, zowel onder de deelnemers van de Dutch Citizen Assembly on Energy (DCAE) als onder de algemene Nederlandse bevolking. Ten eerste onderzochten we in hoeverre beide groepen dachten dat CA's, in het algemeen, de bredere doelen van publieke participatie konden bereiken: normatieve (betere democratie), inhoudelijke (betere beslissingen) en instrumentele (meer publieke steun) doelen. Ten tweede bestudeerden we de perceptie van burgers van de DCAE in het bijzonder, waarbij we ons concentreerden op de 4D's van publieke participatie: dialoog, diversiteit, beslissingsbevoegdheid en deliberatie. Burgers waren over het algemeen positief over het potentieel van CA's om bredere participatiedoelen te bereiken, afgezien van enige scepsis over hun vermogen om nieuwe kennis in te brengen en de energietransitie te versnellen. Vergeleken met de algemene bevolking accepteren burgers die deelnemen aan CA's CA's mogelijk beter aan het begin en beoordelen ze het proces positiever aan het eind. In tegenstelling tot de conventionele wijsheid was beslissingsbevoegdheid niet de belangrijkste drijfveer voor de acceptatie van de DCAE door het publiek - het deelnemen aan dialoog en deliberatie zou voor burgers belangrijker kunnen zijn dan het hebben van meer macht op zich.
Onthulling van het perspectief van burgers op burgervergaderingen onder deelnemers en niet-deelnemers aan een burgervergadering over energie
G Perlaviciute, W A Gorter en G Muinos
Mededelingen over milieuonderzoek
4 november 2024
DOI 10.1088/2515-7620/ad8868