Abstract
De milieuwinst van dieetveranderingen wordt vaak beoordeeld in relatie tot gemiddelde nationale diëten, waarbij verschillen in individuele consumptiegewoonten en de bereidheid van mensen om te veranderen over het hoofd worden gezien. In deze studie worden microgegevens over voedselinname en consumentengedrag gecombineerd om de waarschijnlijke milieuwinst van dieetveranderingen te bepalen. We richten ons op Nederland vanwege de ambitie van dat land om zijn voedingsvoetafdruk in 2050 te halveren. Door gegevens uit de voedseloproepenquête van een dwarsdoorsnede van de bevolking (n = 4313), levenscyclusinventarisatieanalyses voor 220 voedingsmiddelen en gegevens uit gedragsenquêtes (n = 1233) te koppelen, schatten we de voedingsvoetafdruk van consumentengroepen voor water, land, biodiversiteit en broeikasgassen. We stellen vast dat vlees en zuivelproducten significant bijdragen aan de broeikasgasvoetafdruk (59%), landvoetafdruk (54%) en biodiversiteitsvoetafdruk (59%) van alle consumentengroepen en dat mannelijke consumenten 30%-32% meer bijdragen dan vrouwen op deze gebieden. Uit onze scenarioanalyse blijkt dat het simpelweg vervangen van koemelk door sojamelk de broeikasgas-, land- en biodiversiteitsvoetafdruk met ≈8% zou kunnen verminderen als dit op grote schaal door de Nederlandse volwassen bevolking zou worden overgenomen. Deze voetafdrukken zouden verder kunnen worden teruggebracht tot ≈20% bij volledige toepassing van het EAT-Lancet dieet, maar met een aanzienlijk grotere blauwwatervoetafdruk. Wanneer echter rekening wordt gehouden met de geslachts- en leeftijdsspecifieke bereidheid om de vlees- en zuivelconsumptie te verminderen, neemt de milieuwinst als gevolg van de gedeeltelijke toepassing van het dieet zonder melk en het EAT-dieet af tot respectievelijk slechts ≈0,8% en ≈4,5%. Bijgevolg is de motivatie van de consument alleen onvoldoende om de significante milieuwinst te realiseren die vaak beloofd wordt door veranderingen in het voedingspatroon. Toch biedt het vervangen van voedingsmiddelen met een hoge impact op korte termijn de mogelijkheid om een snelle duurzame overgang naar een ander voedingspatroon te versnellen. Toekomstige studies naar de overgang naar duurzame voeding moeten ook rekening houden met consumentengedrag om volledig inzicht te krijgen in de vastgeroeste voedselconsumptiepatronen en gerichte beleidsmaatregelen die nodig zijn om een duurzame voedseltoekomst veilig te stellen.
Weerstand van de consument vermindert de milieuwinst van dieetverandering
Clara Payró, Oliver Taherzadeh4, Mark van Oorschot, Julia Koch en Suzanne Marselis
Environmental Research Letters, Volume 19, Nummer 5
1 mei 2024
DOI 10.1088/1748-9326/ad3c57