Duurzame energietechnologieën zijn essentieel voor het behalen van de wereldwijde klimaatdoelstellingen, maar de adoptiegraad blijft onder het niveau dat nodig is om netto nul emissies te realiseren. Om te verduidelijken welke psychologische factoren de adoptie van duurzame energietechnologieën kunnen versnellen of belemmeren, hebben we de meest uitgebreide kwantitatieve synthese van psychologische determinanten van de adoptie van duurzame energietechnologieën tot nu toe uitgevoerd. We synthetiseerden 1341 nul-orde correlaties uit 206 collegiaal getoetste onderzoeken (in totaal 138.874 deelnemers) in 35 landen. De samenvatting van de resultaten voor 57 constructen laat zien dat, van de meest onderzochte variabelen, persoonlijke normen, houdingen en waargenomen gedragscontrole de sterkste positieve associaties hebben met de resultaten van de adoptie van duurzame energietechnologieën, terwijl waargenomen monetaire kosten en waargenomen risico's naar voren komen als relevante barrières. Voor de meeste constructen hebben psychologische voorspellers iets sterkere effecten op adoptie-intenties dan op daadwerkelijke adoptie; de middelgrote tot grote associaties met gedrag geven echter aan dat dezelfde determinanten uiteindelijk belangrijk zijn voor actie. In de loop der tijd is zowel de positieve invloed van bezorgdheid over het milieu als de negatieve invloed van waargenomen monetaire kosten toegenomen, terwijl de invloed van andere constructen stabiel is gebleven. Bovendien blijkt de omvang van de belangrijkste psychologische voorspellers grotendeels consistent tussen de verschillende wereldregio's en technologiecategorieën. Onze bevindingen geven aan dat, naast prijsgebaseerde instrumenten, beleid dat morele en sociale normen versterkt, ondersteunende attitudes stimuleert en waargenomen controle versterkt, de invoering verder kan versnellen. Door de belangrijkste drijfveren en barrières op schaal vast te leggen, verfijnt deze meta-analyse de verklaringen voor de adoptie van duurzame energietechnologieën en levert het een bewijs voor meer gerichte interventies.