Samenvatting

Klimaatbeleid wordt voornamelijk van bovenaf opgelegd en stuit vaak op weerstand van het publiek. Het is een populaire veronderstelling dat mensen het klimaatbeleid meer zouden accepteren als ze meer inspraak zouden hebben in de beleidsvorming. Deze veronderstelling moet echter grondig onderzocht worden als ze bedoeld is als informatiebron voor klimaatbeheer. Het is van vitaal belang om te weten of, onder welke voorwaarden en via welke mechanismen het vergroten van de publieke inspraak in klimaatbeleid kan leiden tot een maatschappelijk aanvaardbaarder klimaatbeleid. Het beantwoorden van deze vragen vereist het overbruggen van de kloof tussen (1) de normatieve literatuur over participatief bestuur, met inbegrip van politieke wetenschappen, recht en filosofie, en (2) het werk over de aanvaardbaarheid van klimaatbeleid van onder andere milieu- en sociale psychologie, politieke psychologie en sociologie. Het integreren van deze momenteel losstaande wetenschappelijke gebieden kan het bestuur van klimaatverandering en duurzame transities in bredere zin effectief informeren.
Goda Perlaviciute